Het waren twee luchtige chocoladeharten op een grote aardewerk schaal met in het glazuur de donkere en de lichte maanhelft van het etablissement. De harten lagen tegen elkaar aangevlijd en bevonden zich in een soort tuintje van ingelegde goudgele mirabellen en twee bosjes donkerrode kersen die met stengels van verse munt waren samengebonden. De harten waren van pure en melkchocolademousse. De tafelbediening was weer het meisje van daarnet, alsof Hyacint alleen in hun verbeelding bestaan had. Maar ze wisten wel beter.
Over de harten kronkelde een goudgeel lint. Het meisje zette de schaal voorzichtig en haast eerbiedig neer en schonk ze allebei een stralende glimlach.
‘Deze is on the house.’ zei ze, ‘En ik moest er van de keuken speciaal bijzeggen dat gasten zoals jullie ervoor zorgen dat we echt van ons werk houden.’
‘Dank jullie wel!’ zeiden de jongen en het meisje allebei ontroerd en Rosanne voegde eraan toe dat ze helemaal aangedaan was.
Het meisje kwam nog even terug met bestek en twee glazen op voetjes, “voor het geval ze toch uit iets eigens wilden eten”, en bracht nog een fles cider die, zei ze, zoeter was dan de vorige en erg lekker bij chocola.
‘Ik geef me gewonnen!’ zuchtte John, terwijl ze elkaar lieten genieten van het culinaire kunstwerk en rode kersen in elkaars monden stopten, ‘Het is nu duidelijk dat er sprake is van een samenspanning, om niet te zeggen van een regelrechte samenzwering. Ze willen dus allemaal dat we het heel fijn hebben. Waarom willen ze dat toch?’
‘Daf if woch fimpel! Omdat het fwo fijn iw!’ zei zijn tafeldame met volle mond en met een flink aantal chocoladevlekken op haar gezicht.
Hij wilde ze eerst wegvegen. Maar ze zag er zo leuk mee uit dat hij er niets van zei en dit beeld van een vlekkerige, hongerige, chocolade en kersen schransende Rosanne diep in zich opnam. Pas toen ze met haar handen langs haar gezicht begon te strijken en die vervolgens richting haar haren gingen besloot hij barmhartig in te grijpen met behulp van de vingerkommetjes en de voor deze gelegenheid uiterst onpraktische, sneeuwwitte servetten.
‘Wacht even, lieverd,’ zei hij alsof ze een jarenlang getrouwd stel waren, ‘je bent inmiddels zelf een chocoladekunstwerk geworden. Je moet even een beslissing nemen. Het is nu óf doorgaan en je helemaal insmeren óf ik poets je even schoon.’
Wat hij niet doorhad was dat op zijn kin en neus eveneens donkere chocoladevlekken zaten. Rosanne pakte giechelend ook één van de witte servetten.
Waren ze op het strand geweest in plaats van in een restaurant zou het op stoeien en knoeien zijn uitgedraaid maar nu poetsten ze teder en deskundig hun respectievelijke liefdesvlam van de avond weer schoon.
‘Ohh, dit was zó afgrijselijk heerlijk!’ zuchtte Rosanne tenslotte toen hun gezichten weer blonken, de harten grondig verwoest en verzwolgen waren en van de meeste kersen slechts pitten en steeltjes waren overgebleven.
Eén van de pitten had ze nog plagerig in Johns overhemd gestopt. Hij was net iets te verlegen of welopgevoed om bij wijze van wraak er één in haar bikini te duwen, maar ze had wel gezien dat hij in de verleiding was. In plaats daarvan kreeg ze heel lief glanzende kersenparen als oorhangers van hem. Hij had die onder een inmiddels besmeurd servetje voor dit doel achtergehouden. Hij hing ze voorzichtig om haar beide oren, waarbij hij haar oorlelletjes heel even sensueel tussen duim en wijsvinger wreef. Het was zinderend erotisch voor haar en ook voor hem.
Ze keken elkaar aan vanuit de bedwelming van de chocolade- en kersenhemel. Diepe zucht, eerst van hem, dan van haar. John keek spijtig op de klok.
‘Het wordt geloof ik helaas tijd om met elkaar te gaan dansen.’ zei hij, ‘Waar is het? En heb je een tijd afgesproken met je klas? Het was toch met je klas? En wil je nog?’
‘Niet een speciale tijd.’ zei Rosanne, ‘maar je weet hoe dat gaat: iedereen denkt dan wel meestal aan een bepaalde tijd. Ik denk dat nu goed is. Laten wij onze ruggen rechten en karakter tonen!
‘O, je hebt geen zin?’
‘Ik ben helemaal loom! Kom, maar we gaan het wel doen. Straks vinden we het leuk. In beweging! O, moeten we niet betalen?’
‘Dat is allang geregeld’ zei hij
‘John,’ zei ze bezorgd, ‘een drankje van je aannemen is één ding maar een hele maaltijd in een chique tent?’
‘Ben je bezorgd dat onze avond mijn financiële ondergang wordt?’
‘Jaja, ik weet wel dat ik nu de dame moet spelen. Nou, dan maar even niet de dame.’
‘Niet een dame? Wat bedoel je?’
‘Me bemoeien met de kosten van het geheel.’
‘Lieve Rosanne, ik heb geen ervaring met dit soort kosten van een geheel, behalve dat het lekker was. Ik heb wel een beetje ervaring met Italianen. Maar dat is vooral van de kant van de heren, en de dames daar houden vaak hun mond. Achter de schermen doen ze dat waarschijnlijk niet. Ik vind dat jij heel erg een dame bent en ook een hele lieve en ook een flinke. Dat is niet in tegenspraak met elkaar. Bij deze Italiaanse dames in elk geval niet. Ik denk dat ze ontzettend zakelijk zijn. Maar ze weten wanneer ze zich mee laten uitnemen. Nou, bij gebrek aan ervaring vertrouw ik daarop.’
‘John, ik heb ook geen enkele ervaring….’
‘Mooi! Ik heb deze allerliefste goedaardige mafia achter me, en daarmee komt het wel goed. Concreet betekent het waarschijnlijk geen faillissement voor me maar een boot of twee extra schuren. En dan is meteen al het spek wat we vanavond verzameld hebben er weer af gepolijst. Tenminste bij mij.’
‘Ik wil je helpen daarbij!’ zei Rosanne, ‘Je weet dat ik hele sterke armen heb.’
John schudde zijn hoofd.
‘Ik zou dat heel tof vinden en ook nog eens leuk en gezellig.’ zei hij, ‘Maar dat past totaal niet in het patroon van mijn aangenomen familie. Ci sono Italiani tradizionali! Ze zijn zielstevreden wanneer ze zien hoe ik me in het zweet sta te poetsen vanwege een maaltijd met jou. En zal ik je wat vertellen? Ikzelf eigenlijk ook.’
Rosanne ging een licht op. Hij zag er zo energiek en tevreden uit.
‘Ik had je nog als alternatief willen aanbieden dat ik een extra dienst zou draaien zaterdags op de kaasmarkt. Want dat doe ik altijd als ik weer eens krap bij kas ben. Maar geen probleem, hoor John! Ik heb net iets geleerd. Volgens mij vind je het gewoon écht heel leuk!’
John keek haar waarderend aan.
‘Ja,’ zei hij, ‘ voor mij hoort het erbij en ik vind het écht leuk. Ik sta dan te zingen en word heel stoffig en vies. En dan denk ik aan ons en hoe ze daar allemaal van me houden daar. En er wordt dan alweer Italiaans voor me gekookt. Over maaltijden gesproken, hè? Wat wil je nog meer in het leven?’
‘Toch ga ik die extra diensten draaien,’ zei ze, ‘Om onze kas te spekken voor ons volgende uitje. Het zal van pas komen. Als je tenminste een volgend uitje met me wilt.’
‘Jij bent niet alleen mooi en zinderend.’ zei hij, ‘Jij bent ook tof. Natuurlijk wil ik dat.’
‘Afgesproken dan. Over het dansen moet ik het trouwens ook nog met je hebben.’ zei ze. ‘Mijn schoolklas is daar straks grotendeels.’
‘Wat hoor ik daar? Schaamt u zich soms voor mij, mevrouw?’
‘Foei, wat een onzin! Ik ben juist trots op je. Maar ik wil straks ook gewoon pret maken met de klas, met de jongens en de meiden. En met ze dansen. En daarna dan..’
‘Daarna pas pret met mij?’
‘Eh ja..?’
‘Pret? Of meer dan dat?’
‘Kus me.’
Ze sloot haar ogen. En even later:
‘Meer dan pret dus. John, ken jij ook mensen waar we nu heengaan?’
‘Waar gaan we dan nu heen? Waar is het?’
‘Strandpaal 17.’
‘Oh daar! Vast wel. Maar zeg me. Wat als ik daar nou eens ga dansen met iemand?
‘Je bedoelt ….met een vrouw?’
‘Ja, dansen doe ik met vrouwen, of meisjes. Oh, kijk eens aan. Dat komt even bij je binnen, hè?’
‘Ja. Maar ik.. ik was begonnen met strenge regels op te stellen,’ zei ze, ‘ en dus moet ik nou wel sportief zijn. Eerlijk is eerlijk. Maar John..’
‘Ja?’
‘Dans je dan alsjeblieft ook met mij?’
‘Niets liever dan dat, Rosanne.’ zei hij, ‘Nou. Zullen we het er dan nu maar op aan laten komen?’
‘G–goed.’
‘Ach lieverdje! Kom, we lopen met de armen om elkaars schouders. En zo komen we daar dan ook binnen! Mee eens?’
‘Goed plan! Zo gaan we het doen.’
Ze was ineens heel aanhankelijk en ernstig. Even geen spelletjes.
Ze namen afscheid en bedankten iedereen. Ze liepen nog extra de keuken binnen en dat vonden de koks heel leuk van ze.
John liet fooien achter want op dat punt was Enzo heel streng geweest.
‘Niet zuinig doen Gianni. Het stroomt allemaal weer naar je terug, het is een kwestie van amore di dio, van Gods liefde.’
Het was over het strand ongeveer één kilometer naar het zuiden. Het was inmiddels donker. De sterren stonden fonkelend aan de hemel. De maan was nog ergens onder de horizon, de zon achterna of juist vooruit, dat wisten ze niet. Ze hadden zich allebei nog een beetje opgefrist voor ze naar buiten gingen.
Met haar armen om Johns middel en zijn armen stevig om Rosanne's schouders geslagen waar ook zijn jasje alweer omheen lag voelde zij voor de tweede maal vandaag zijn warmte terwijl ze buiten waren.
Ze begon naar hem te hunkeren met alle vezels van haar lichaam.
Nog niet. Eerst dansen en je in het zweet springen.
Zo kwamen ze even later samen Strandpaal 17 binnen.



