Trish is snel vooruit gefietst. Ze kent alle plekken. Vlak bij de strandboulevard is een hoge zeeduin. Ze weet door welk hekjes je moet gaan en welk muurtje je moet hebben. Ze klautert behendig over alles heen om bij een vergeten pad naar boven te komen. Ze rent naar boven en komt aan bij de top.
Vanaf daar kun je verbazend ver kijken. De zee lijkt dichtbij en ligt er in de invallende avond ontspannen bij, als een leeuwin die gegeten heeft en haar jongen gezoogd heeft en nu een dutje wil doen. Langs de zee zoomt het zanderige blond van het strand en weer daarlangs de geplaveide boulevard. In de verte ziet ze La Demi-Lune liggen. Er branden al fakkels bij de ingang. De zon is bezig van oranje naar rood te verdeemsteren en staat laag boven de zee die lichtblauw oplicht en een glinsterend oranjerood spoor in haar wateren laat spiegelen alsof het de zon wil uitnodigen in haar grote opgewarmde waterbed te komen slapen. De huizen van de badplaats liggen vanaf deze hoogte gezien er veel schever en lukraker bij dan wanneer je door de straten gaat en alles zo geordend lijkt.
Trisha is een bijzonder meisje, die zich sterk voor iets kan engageren, net zoals ze vandaag deed. Haar betrokkenheid heeft echter nooit met politiek te maken. Anderen zijn daarin beter dan zij. Dat weet ze. Haar speciale vermogen is om feilloos de harten te kunnen lezen. En dus loopt het ook zo dat ze zich bijna fulltime met hartenzaken bezighoudt. Niet dat ze daar speciaal op uit is. Het gebeurt gewoon telkens.
Ze is er tegelijk rotsvast van overtuigd dat deze zaken eigenlijk de belangrijkste zijn. Deze zullen eens de planeet transformeren. Daar is ze zeker over. De politiek is voornamelijk bedoeld voor de tussentijd, zolang het dus nog niet zover is. En eigenlijk is politiek, als het niet om de macht zelf gaat, ook een hartenzaak. Dat weet ze wel. Maar je kunt nu eenmaal niet alles.
Trisha denkt er nooit over na hoe ze aan haar overtuigingen en talenten is gekomen. Ze is daarvoor veel te taakgericht en te weinig met zichzelf bezig. Ze houdt van de wereld. Ze wil het liefst dat overal mensen wonen die van elkaar houden en alles mooi en lieflijk maken. Dat geeft haar het innerlijke richtsnoer. Ze denkt dat in die spaarzame momenten waarin ze toch een beetje over zichzelf nadenkt.
Ze overziet met haar wakkere blik de drie meisjes die ze achter zich gelaten heeft. Hoe Daphne en Hyacint nu samen fietsen en voor hen uit Rosanne slingerend en langzaam rijdt. Hoe de andere meisjes hun fietsen inhouden om haar de innerlijke en uiterlijke ruimte te geven.
Ze ziet recht voor zich uit het afspreekpunt. Daar is het plein, vlakbij het strand: het centrale knooppunt in de badplaats waar de telefoons staan en de brievenbussen voor de ladingen postkaarten in het zomerseizoen, en de boulevard links en rechts. Als je met je gezicht naar zee staat heet het links heel nuchter Boulevard Zuid en rechts Boulevard Noord. Het plein heet gewoon alleen maar Plein en is in het midden.
Ze knijpt haar ogen samen en tuurt. Of John er misschien al staat te wachten? Maar die is er nog niet. Haar blik strijkt als het licht van een vuurtoren over het dorp heen en glijdt over de duinen aan de rand. Daar is het terrein van die Italiaanse familie waar John zo vaak is.
Ook voor hoe het daar is heeft Trisha die feilloze hartenblik. Ze voelt deernis met de oom van John, evenals met zijn partners die hij steevast ongelukkig maakt en die weer van hem vandaan zullen gaan. Ze kent de familiesituaties op het Italiaanse terrein en weet wat John zelf niet weet: dat in één van de families eens een zoontje vroeg gestorven is door een tragisch ongeluk, en dat John dezelfde leeftijd als dit gestorven kind heeft. Hij kwam als geroepen om met zijn vriendelijke en kinderlijke aanhankelijkheid de schrijnende leegte en de rouw in de harten van deze lieve mensen te verzachten.
Trisha is iemand die hoort, kijkt, lichaamstaal leest, nadenkt en combineert. Haar vriendin Hyacint waar ze heel close mee is heeft er een heilig ontzag voor en vertrouwt blindelings op haar. Hyacint heeft een trouw die bijna grenzeloos is, zonder in het geringst slaafs te zijn. Ze zijn niet zo heel veel samen onder de mensen omdat ze, wanneer ze dat wel doen, soms behoorlijk verpletterend kunnen zijn. En dat weten ze.
Ineens heeft ze hem ontdekt. Ze ziet John lopen. Hij is heel even te zien, hoe hij uit een straat komt. Hij is erg vroeg en dus maakt hij waarschijnlijk nog een extra ommetje langs de duinen. Daardoor komt hij gevaarlijk dicht in de buurt van de fietsende meisjes. Maar gelukkig slaat hij af en loopt weer een andere kant uit. Trisha ziet met een glimlach zijn vlugge pas, die hij telkens weer afremt, maar het is eigenlijk vergeefs. Hij verheugt zich zo en daardoor loopt hij weer snel.
Ze vindt hem zó ontroerend. Hij is zo mooi gekleed met zijn ecru lange linnen broek en een donker overhemd, dat hem prachtig staat.
Aha, daar is dus ook flink gepoedeld, mooi zo. En kijk eens, hij heeft een jasje over zijn rechterschouder! Check. Rosanne zal het dus niet koud hoeven hebben. Ach, wat loopt het kind blij! De jongen danst haast. Maar hij is ook nog zo argeloos. Niet met zichzelf bezig maar helemaal met haar, dat hij dadelijk haar zal ontmoeten. Wat prachtig is hij! En wat is hij verliefd!
Even vormt zich een totaalbeeld in haar ziel. Die kijkt alle kanten tegelijk op en ziet in één panorama zee, strand, de dalende zon, de boulevard, de huizen, het meisje en de jongen die elkaar naderen maar elkaar nog niet kunnen zien, beiden zo mooi gemaakt, beiden zo vol verwachting. Daar is hun afspreekplek, en daar is hun restaurant en daar staat de planeet Venus aan de hemel te stralen als de eerste heldere avondster.
Ze slikt haar ontroering weg, die dit hele beeld even wazig maakt. Iets van een avondnevel trekt ineens als een waas over het plaatsje zelf en is alweer verdwenen, in lucht opgelost.
Nog eventjes wat verkeer regelen, Trish. En dan kun je alles loslaten. Dan zijn ze op zichzelf en hebben wij pottenkijkers op te krassen. Gelukkig weten de mensen niet hoeveel werk ermee gemoeid is. Het zou ze maar verwarren en van hun spontaniteit beroven.
Ze rent de duin af, springt op haar fiets en brengt bij de meisjes verslag uit van de actuele situatie. De actie vraagt om militaire precisie. Langs een ander zijstraatje dan gepland loodst ze de drie meisjes naar de bar die vol uitkijkt op het plein en zelf diep en donker is van binnen. Daar bestellen Hyacint en Daphne frisdrank met veel ijs. Rosanne houdt zich aan de opdracht en neemt alleen water.
Zijzelf slurpt behaaglijk van een gloeiend hete dubbele espresso. Ze is daar erg aan toe. Ze is zo gaan zitten dat ze het plein goed in de gaten kan houden.



