PRECIES OM KWART over één Spaanse tijd stapten ze allemaal de spreekkamer van Dr. Agnes binnen.
De reis was voorspoedig en comfortabel geweest. Geen spoor van de stress die gewoonlijk met vliegreizen gepaard gaat: dienstregelingen en wijzigingen in de gaten houden, inchecken, bagage wegen en afhandelen, in lange rijen wachten voor de security en hopen dat je je vlucht nog haalt, de juiste gate vinden, steeds je documenten, bewijzen, vouchers en codes paraat hebben.
Alles ging soepel. In de kleine jet stond een lunch voor ze gereed, met koele dranken, koude salades, vis en vers brood. Ze vertrokken direct. Bij aankomst in Sevilla stond naast het vliegtuig een grote limousine op ze te wachten. Ook in het ziekenhuis was kennelijk voorwerk verricht. Ze werden door een vriendelijke steward direct naar de juiste afdeling gebracht. Ook wachtkamers konden ze overslaan.
Dr. Agnes bleek een aristocratisch ogende dame op leeftijd. Ze deed John denken aan een Duitse gravin met wie hij lang geleden eens had samengewerkt. Het was een cursus geweest die ze samen hadden gegeven op haar voorouderlijke landgoed. De gravin was van het type kordate, no nonsense aristocratie. Ze kon zeer goed met paarden omgaan, en trok zelf de overall aan om het regelmatig verstopte riool in de kasteelkeukens of badkamer te repareren als de loodgieter uit het dorp weer eens te lang op zich liet wachten. Alle aangeleerde diplomatie en beleefdheid uit haar meisjesjaren had ze ingeruild voor directheid om vooral te zeggen waar het op staat. Als het moest tot op het botte af. John droeg verder de herinneringen in zijn ziel aan haar modderige regenlaarzen, die een vast onderdeel van haar verschijning waren geweest en die ze tijdens cursussessies soms vergat uit te doen.
Dr. Agnes droeg heel ander schoeisel, dat meer bij haar medische werk en het mediterrane klimaat paste. Maar de associatie met de goudeerlijke gravin-in-gummilaarzen van weleer was bij hem gewekt. Hij mocht de dokter onmiddellijk.
Er bleek telefonisch nog meer informatie te zijn uitgewisseld. Misschien had Denise met de dokter gebeld. In elk geval richtte zij zich weliswaar tot het hele gezelschap, maar met John wisselde ze af en toe kleine blikken van verstandhouding waardoor hij het gevoel kreeg dat ze hem bijna collegiaal behandelde. En dat terwijl hier in het vertrek behalve de patiënt nog drie artsen aanwezig zijn: Francesca, Paola, en Andrès. En Dr. Agnes weet dat natuurlijk, dacht hij.
Ze zaten in een halve cirkel voor het bureau. Zij zat erachter. Ze keek nieuwsgierig van de één naar de ander. De muren van het vertrek waren zachtgroen behangen, met iets van goud er doorheen. Achter de dokter hing een levendig geknoopt bruin met rood wandkleed, dat volgens John wel eens Mexicaans zou kunnen zijn. Aan de muur tegenover het raam hing een groot schilderij, dat een stad aan zee voorstelde.
Ze stak van wal zonder enige formele introductie of plichtplegingen:
‘Of ik wel het soort verloskundige ben, waarop u blijkbaar gisterenavond met die ene opmerking van u doelde? Ik weet het niet zo, señor Carpenter….’
‘John. Noem me alstublieft John.’
‘Goed dan. John. Ik heet dus Agnes. Je maakte die opmerking geloof ik niet als een grapje, hoewel ik die best geestig vind. Ik kom er zo op terug. Maar nu eerst jou begroeten, Anthony. Om jou gaat het hier. Mag ik je wel Anthony noemen?’
‘U zult erbij geweest zijn toen ik voor het allereerst in mijn leven zo genoemd ben.’ zei deze, ‘Dus ja. Graag zelfs.’
‘Ook voor jou, geen gedokter, Anthony. En je bent al door een hele batterij collega's van mij omgeven, zie ik. En wat voor collega's! Inclusief je vrouw! ’
Ze schonk hen allemaal een glimlach en een waarderende blik.
De dokter stond op, kwam achter haar bureau vandaan en ging vlak voor Anthony staan. Ze nam zijn beide handen in de hare.
‘Mag ik? Het ontroert mij altijd als ik oog in oog sta met een mens, die ik indertijd als baby heb gehaald. Het was een flinke klus. Maar het verhaal ken je wel van je moeder, van Denise. Zij deed de klus tenslotte. Ik stond haar alleen bij. Ik weet hoe je vader Rory erbij was en naar vermogen meeleefde met haar pijn. En hoe zijn vrouw hem daarbij erg hielp door hem bont en blauw te knijpen. En hoe blij we allemaal waren toen het uiteindelijk goed was gegaan en je er was. Nu zie ik jou hier en ben opnieuw blij. Je zult het misschien niet van me geloven, maar ik herken iets in jou, wat ik ook zag, toen ik je haalde. Mensen geloven dat meestal niet. Ze denken dat ik dat maar voor de aardigheid zeg. Maar toch is het zo. Ik kan ook niet goed zeggen, wát ik herken. Bij jou is het ook onmiskenbaar. Na al die jaren, na…’
‘…. drie en dertig jaar, vulde Anthony aan.
‘Drie en dertig jaren,’ herhaalde ze. ‘Wat een tijd!’
Ze zweeg even en keek hem recht in de ogen.
‘Je bent hier niet voor niets.’ zei ze, ineens ernstig, ‘Ook dat zie ik aan je. Er is iets wat je stilletjes van binnen verteert. Maar daarvoor hebben jouw ouders en ik je toch niet deze wereld in gehaald, jongen? O sorry, mag ik dat wel zo tegen je zeggen?’
‘Alstublieft, ga door!’ zei Anthony, getroffen door haar directheid en warmte.
Hij zag ondertussen hoe aandachtig Francesca hun gesprek volgde en toenemend ontspande terwijl Agnes dit allemaal zei.
‘Ik kom meteen ter zake!’ zei Dr. Agnes, ‘Dit is wat je moet doen. Wat concreet gaat gebeuren ligt natuurlijk niet op mijn vakgebied. Dus daarvoor ga je anderen hebben. Maar ik ga je nu helpen met wat ik wél voor je kan doen. Voor de vervolgstappen zijn misschien wel jouw vrouw en deze twee jonge artsen die mij hebben opgespoord, de aangewezen personen. Je boft!’
Ze gaf Paola en Andrès een knipoog.
‘Ik kan mij ongeveer voorstellen hoe jullie mij zo snel hebben gevonden,’ zei ze, ‘Wees gerust, ik vind het prima dat je dat gedaan hebt. Ik ben zelf nog van vóór de tijd van alle computergedoe. Maar het is natuurlijk reuze handig. Zullen we het daar maar op houden? Muy bien.
Anthony, wat je van mij nodig hebt is simpel. Dat ik het materiaal vrijgeef. Mooi woord trouwens: mater is moeder. Heel toepasselijk. Ik heb de toestemming al binnen van je moeder Denise. Niet dat die nodig is, want je bent allang volwassen. Maar je weet maar nooit. Ze was echtgenote en erfgenaam van je vader Rory, die die opdracht tot invriezen heeft gegeven. Van jou heb ik nu nog je formele verzoek en toestemming nodig. Je verklaart dat je je ervan bewust bent dat éénmaal ontdooid materiaal niet opnieuw kan worden gebruikt en dat je daarmee accoord gaat. Verder natuurlijk veel gebruikelijke paragraafjes, de blablabla dus, gebruik geheel op eigen risico is en zo… Nou, dan hebben we de papierwinkel daarmee gehad. En terwijl jullie nog onderweg waren heb ik in mijn archieven laten koekeloeren, pardon: research gedaan moet je zeggen, waar die stamcellen zich nu fysiek bevinden. En ik heb de locatie ontdekt. Maar…..’
Ze keek ze allen ernstig aan:
‘…die is helaas niet hier! En ook niet in de buurt.’
Francesca werd bleek. Anthony zakte in zijn houding iets in. Irritatie, teleurstelling. Hij herstelde zich: ‘Maar wel vindbaar, hoop ik?’
‘O ja. Alles is keurig gedocumenteerd, en zelfs nog vóór de milleniumwisseling online gezet. Er is netjes op gepast en we kunnen eraan komen. De cellen bevinden zich echter niet in Spanje. Het is misschien iets juridisch geweest. Omdat noch de opdrachtgevers, jouw ouders, noch de potentiële patiënt, jij dus, Spaans zijn, maar Brits en Portugees. Gelukkig is het materiaal niet helemaal naar het Verenigd Koninkrijk getransporteerd! Dat zou de boel erg vertraagd hebben. De cellen bevinden zich in Portugal. In Lissabon, in de Stem Cell Bank Future Responsibility & Rescue. Dit soort centra hebben altijd weidse namen, maar passen prima op hun toevertrouwd materiaal. Het is trouwens een Brits bedrijf. Vandaar de Engelse naam. Ze zijn er uiteraard op ingesteld dat het materiaal plotseling nodig kan zijn en…...’
Ze keek naar Paola en Andrès.’
‘Hierin kunnen jullie nuttig zijn. Door als nodig voor jullie patiënt Mr. Anthony McIntyre de stamcellen op te vragen en te zeggen dat het dringend is. Ik weet bijna zeker dat jullie daar de bevoegdheid toe hebben. Vervolgens kan worden afgesproken dat Francesca het materiaal ophaalt. Of Anthony, beter nog: jij en je vrouw gaan er samen heen. Alleen één ding!’
‘En dat is?’ vroeg Francesca.
‘Het moet daarna echt zo snel mogelijk worden toegediend! Ik zou adviseren een korte ziekenhuisopname in Lissabon te regelen. Kunnen jullie dat of moet ik aan de touwtjes trekken?’
‘Heb jij dan touwtjes daar, waaraan je trekken kunt?’ vroeg John.
‘Best wel,’ lachte Dr. Agnes, ‘Vergeet niet dat ik jarenlang een praktijk heb gehad in Lissabon, en dat ze me in de ziekenhuizen nog wel kennen. Laat Andrès en Paola maar behandelnde artsen zijn. Jullie komen werkelijk overal in. Dan hoef jij, Francesca hierin even geen medische verantwoordelijkheid te dragen. O, ik zie het al, hartje, er komen tranen bij je. Is goed, liefje, je bent zó sterk geweest. Ja, en dat ben je gewoon, ik vind je prachtig. Maar wees nu vooral samen in Lissabon!’
Ze keek daarbij even opzij naar het grote schilderij.
‘Dat is Lissabon, toch?’ vroeg Anthony, die haar blik gevolgd had, ‘Wat een prachtig schilderij!’
‘Gekregen van een dankbare patiënte die het zelf geschilderd heeft.’zei ze, En zo word ik herinnerd aan haar en aan die prachtige stad, waar ik met zoveel plezier gewerkt heb voordat de universiteit hier aan me begon te trekken. Weet je wel, Anthony, dat ik ook jouw moeder Denise nog uit haar tijd als studente in Lissabon ken? Ik was arts-assistente gynaecologie. Ze kwam een keer langs voor een routine onderzoekje. We raakten aan de praat, en vonden elkaar meteen aardig. Ze vertelde me over haar studie in Lissabon en dat ze net een Britse man had ontmoet die haar interesseerde. Ik maakte eruit op dat als je moeder zoiets zei het wel een heel interessante man moest zijn want volgens mij was ze erg kieskeurig en op haar vrijheid bedacht. Dus zo lang ken ik haar al! De volgende keer dat ik haar zag was ze hoogzwanger van jou. Ik werkte al in Spanje en ze riep mijn hulp in. Een hele historie dus. Maar nu gaan we snel voor jou aan het werk!’
Ze spraken af dat Agnes contact met de stamcelbank zou leggen en Andrès en Paola zou machtigen. Het papierwerk was nu bijeen. Ze zou het direct laten doormailen. Agnes zou kijken hoever ze zou komen. Even later werd ze al gebeld. Er viel genoeg op te maken uit haar korte antwoorden in kleurrijk Engels, doorspekt met Spaans en Portugees,
‘Yes, yes. Sure, …..oh that's muy bien, muito bem……….yes as soon as possible por favor ….. oh, I see… This is not immediate life emergenza, senhor, however there is no reasonable ground for any further demora..sorry, atraso, delay….. Si, case very serious case…. Ah, you understand… Yes, immediate therapy…Now right time. Si, si, Lisboa…no ambulance needed, they have transport…. Oh? That would be very helpful, si….. O, how lovely, thank you, obrigado, gracias, yes! ….Of course I'll give you my credentials, …….yes of course, right away by email, …….yes I got your address, please also confirm your physical address and please, timeframe? …..okay, okay, this is going to be fine…….obrigado, …….bye! ‘
Ze keek de kring rond.
‘Dat ging veel gemakkelijker dan ik had gedacht. Mijn accreditatie als gynaecoloog in het universitaire ziekenhuis van Sevilla bleek al voldoende. Dus Paola en Andrès, jullie hoefden nu niet in actie te komen! Maar bedankt voor jullie bereidheid. Voor de zekerheid misschien toch meegaan naar de stamcelbank. Of één van jullie. Met Anthony. Ze waren nu wel heel voorkomend maar dit soort instellingen zijn natuurlijk afschuwelijk formeel. Maar we kunnen dus meteen verder gaan.’
‘Oh, wat fijn dat u dat zo snel kunt regelen!’ zei Francesca, ‘Ik ben nu al zó opgelucht!’
‘Één voorwaarde heb ik nog,’ zei Dr. Agnes, ‘Nee, onzin eigenlijk. Het is geen voorwaarde want ik help jullie graag. Ik heb een wens. Als het allemaal goed is gegaan zou ik jullie dolgraag bij jullie thuis ontmoeten. Het klopt toch, Anthony, dat jullie weer in hetzelfde huis wonen waarin je moeder heeft gewoond? En dus ook in het huis waarin je geboren bent en waar ik je heb gehaald? Wat bijzonder! Ik zou ook zo graag je moeder Denise live willen ontmoeten, Anthony. Denk je dat dat kan? Denk je dat ze ooit nog eens uit Brazilië overkomt?’
Anthony antwoordde onmiddellijk.
‘Natuurlijk, Agnes. Heel graag zelfs! En mijn moeder kennende denk ik dat ze binnenkort wel naar ons toe zal komen. Ze weet dat zelf nog niet, hoor. Als ze hoort dat het met de stamcellen lukt schat ik in dat ze op dit idee zal komen. Ik hou je wel op de hoogte.’
‘Mag ik haar bellen? Ze heeft mij al gebeld maar andersom moet ik natuurlijk netjes aan jullie vragen.’
‘Natuurlijk.’
‘Fijn Anthony! Luister even heel goed. Ze gaan met je stamcellen aan de gang zodra de laatste documenten binnen zijn. De procedure heeft even tijd nodig, zowel administratief als technisch. Maar je kunt de injectie morgenavond al toegediend krijgen. Daarvoor moet nog een ziekenhuisopname geregeld worden.’
‘Kan dat niet poliklinisch? En daarna in een hotel?’ vroeg Francesca, ‘Ik bedoel: ik ben toch óók arts? En de ingreep is op zichzelf toch niet ingewikkeld?’
‘Lieverd, de injectie toedienen is inderdaad heel simpel maar het moet precies gebeuren. Het is een specialisme. Maar weet je wat? We doen het inderdaad poliklinisch. Jullie krijgen dan een afspraak voor donderdagavond. Dan is alles ter plaatse aanwezig en heeft de stamcelbank alles volgens het juiste protocol afgeleverd. Dat is vooral belangrijk voor hen, aansprakelijkheid en zo. Je krijgt dan een arts met de juiste bevoegdheid die je het spul mag toedienen. En daarna gaan jullie naar je hotelkamer. Maar je blijft de volgende dag nog even in Lissabon, voor het geval er onverwachte dingen gebeuren, hetgeen ik trouwens niet verwacht. Maar je weet maar nooit. Tegen de volgende avond ga je weer naar huis terug. Alleen één advies, Anthony. Niet zelf rijden. Laat je vervoeren. Net zoals jullie nu geregeld hebben. Als je nu met alles accoord bent, blijf dan nog even hier. Dan regel ik het meteen. Anthony, ze zullen ook jouw medische dossier nodig hebben, omdat het een behandeling voor leukemie betreft. Ik laat nog even de toestemmingsverklaring opmaken. Die onderteken jij dan en die wordt vervolgens naar het ziekenhuis in Lissabon gemaild. Of kennen ze je daar al?’
‘Welk ziekenhuis?’
‘Hospital de Santa Maria, het universiteitsziekenhuis in Lissabon.’
‘O, maar dat komt heel goed uit. Daar kennen ze me. Daar zijn mijn behandelingen geweest, die deels nog lopen.’
‘Geweldig. Voor de zekerheid toch maar even die verklaring maken. En ik bel erheen. Dat kan nooit kwaad. Ze zullen erg blij voor je zijn. Accoord? Jij ook, Francesca?’
Ze knikten allebei. Dr. Agnes pakte weer de telefoon en sprak met een aantal mensen. Vijf minuten later was alles geregeld. De stamcelinjectie zou de volgende avond om half negen worden toegediend in het Hospital de Santa Maria, door Dr. Santiago Mendes. Uiterlijk acht uur bij de balie melden, naam zeggen en vragen naar hem. Bewaking van de patiënt daarna onder verdere verantwoordelijkheid van os doutores Andrès e Paola Valentes, of één van hen.
Ze keek even van over haar bril naar ze.
‘Ik heb jullie dezelfde achternaam gegeven. Getrouwd?’
‘Nog niet.’ zei Paola.
‘Maar wel plannen?’
‘Ja!’ zei Andrès en Paola knikte.
‘Dacht ik al. Want jullie kijken en doen zo. Os doutores Valentes dus.’
Anthony stond op en schudde haar de hand.
‘Dank je wel, Dr.Agnes.’
‘Niets te danken, señor McIntyre. Ga met God. Het komt wel goed, denk ik.’
Ze nam afscheid van iedereen. Ze hield John's hand een moment vast in de hare.
‘Collega- verloskundige,’ zei ze. ‘Ik wil dat maar even gezegd hebben. Ik vergeet dit niet.’
Ze kneep even in zijn hand, haast teder en tegelijk zakelijk alsof ze zijn pols opmat. John was te zeer verrast om iets terug te kunnen zeggen. Ze schonk hem een glimlach en hij gaf er enigszins onzeker eentje aan haar terug.
Toen richtte ze het woord tot allen.
‘Ik wil jullie nog wat zeggen.’ zei ze, terwijl ze van de één naar de ander keek, ‘Vanuit mijn ervaringen aan het kraambed bij de geboortes die ik heb mogen begeleiden. Elke vrouw die baart is op een bepaalde manier eenzaam. Zij lijdt de pijn. En het is uit haar lichaam dat het kind komen zal. Maar tegelijk is ze niet alleen. Ze is omringd door zorg. Het kind is al die tijd al bij haar en ze is helemaal vervuld van de stroom van het leven zelf die de toekomst in vloeit. En verder, verder.. ik kan het niet zo goed uitdrukken want ik ben maar een nuchtere dokter, maar ik zou zeggen: verder is Gods glans daar. Als ik terugdenk aan al die kraamkamers en verloskamers.. of ze nu thuis waren of in de nuchtere omgeving van de ziekenhuizen waar ik gewerkt heb… Als ik terugdenk is steeds die glans aanwezig. Als een licht dat in die kamers schijnt. Je neemt het meestal niet goed waar als je je in de situatie zelf bevindt, omdat het altijd zo spannend is. Maar naderhand in de herinnering is het er duidelijk. In dat licht leeft de glans van geboren worden, van het prille, maar ook van genezing en heel worden. Omdat er nieuw leven is en een nieuw mensenkind. Zelfs als een vrouw door omstandigheden helemaal alleen moet bevallen is die glans er. Want ze hebben me vaak van het licht verteld als ik te laat kwam of het kind te vroeg. Wie zal het zeggen? En de glans is sterker naarmate er meer mensen met liefde en betrokkenheid aanwezig zijn. En soms waren die mensen toen in leven maar soms ook al niet meer. Herkennen jullie hier iets van?’
Niemand zei iets. Maar ze knikten allemaal, haast verlegen. En het licht waarover Dr. Agnes sprak was in haar spreekkamer aanwezig. Er was iets dat ontroerde en losmaakte en woorden schenen niet nodig te zijn. Maar Agnes sprak het vervolgens toch zelf uit:
‘Waarom ik dit zeg? Ik ervaar de glans terwijl jullie hier zijn. Praktisch gezien hebben we het allemaal niet heel handig geregeld vandaag, toch? Ik bedoel: de stamcellen zijn niet hier. Ik dacht dat ik in mijn eentje niet zo snel alles zou kunnen regelen en nu heb ik het ineens wel geregeld, en dus wel in mijn eentje. En toch vond ik dat jullie hier allemaal moesten zijn vandaag. Misschien vanwege de glans. Dus is alleen regelen onzin. We hebben het samen gedaan. Het gaat ook niet om de stamcellen. Het gaat erom, Anthony, dat jij beter wordt. En wij willen dat allemaal. Wij die hier zijn. In Gods glans, of hoe je die ook noemen wilt.’
‘Er zijn zelfs as we speak nog een paar lieve jonge mensen onderweg naar hier.’ zei Francesca, ‘Door een praktische bril bekeken komen die ook voor niets, en ook nog eens te laat. Ze zijn nu ongeveer vertrokken vanuit ons stadje denk ik. Over een uur of vier kunnen ze hier zijn.’
‘Francesca bedoelt onze kinderen,’ zei Sheila, ‘dat wil zeggen: mijn zoon en zijn vriendin.’
‘Dan horen die er dus bij.’ zei Dr. Agnes, ‘In de glans en de dag van vandaag. Eigenlijk hoort Denise er ook bij. En Rory natuurlijk. Maar je kunt niet alles hebben.’
‘We gaan allemaal uit eten,’ stelde Anthony voor, ‘Ik wilde eigenlijk snel terug naar het festival omdat ik niet te lang weg wilde zijn, maar nu je dit zegt…’
Agnes keek hem geamuseerd aan.
‘Je bent dan gelukkig ook weer precies als veel van mijn patiënten! , zei ze met een glimlach en een blik waarmee hij zich doorzien voelde, ‘Altijd doorgaan waar je mee bezig bent. En dan komt de dokter en zegt: niks ervan, rusten jij. Nou, meneer, jij hoeft niet naar bed. Maar wees vandaag maar even middelpunt van iets dat alles met jou te maken heeft, wat jij niet georganiseerd hebt en eigenlijk ook niet in de hand hebt. En dan onderga jij morgen jouw ingreep, onder de hoede van je lieve en dappere vrouw Francesca. En vandaag? Vier dat jullie er allemaal zijn. Beschouw dit als mijn doktersrecept. Ik meen het!’
Ze lachte bijna verontschuldigend naar hem. Ze nam haar recepten blocnote, krabbelde er iets op en gaf het hem. Hij nam het aan en hij las:
‘Recept van Dr Agnes. Voor Anthony. Viva la vida.’
Vier het leven.
Hij glimlachte. Maar ineens was hij diep ontroerd en moest zijn tranen wegvegen.
‘You’re such a wonderful man!’ zei Dr. Agnes tevreden, met haar zware Spaanse accent, ‘Het komt allemaal goed. Je zult het zien!’
Ze namen afscheid. Om tien voor twee stonden ze op het bordes bij de uitgang van het ziekenhuis. De limousine was op ze blijven wachten.
Copyright © 2020 Nina van Immerzeel
Volgende hoofdstukken:
Winterochtend in São Paulo
De moeder en de vroedvrouw



