‘VENG! HEY, MAN of mine!’
‘Hey, Taar! Hoe gaat- ie daarboven?’
‘Twintig deelnemers, dertig toeschouwers. Het gaat hier zo beginnen. Heeft Jorge jou ook gebeld? En hoe gaat het daar bij jou?’
‘We zijn hier al begonnen.’ grijnsde hij, ‘Ik hoef niet zachtjes te praten, zoals jij, want het is hier een geweldig kabaal. Het is een echt toernooi, met slotgrachtspringen, marshmallowduellen, minstreelwedstrijden, hardlopen, touwtrekken en ook judoles.’
‘Heb je het erg druk?’
‘Zoals meestal.’ zei hij, ‘Ik ben vooral middelpunt. Dat is eh… nogal fysiek, zoals je wel van me kent.’
Terwijl Vengas met zijn vriendin belde had hij maar net genoeg vrije ruimte om de telefoon naar zijn rechteroor te brengen. Want ondertussen was hij met een spelletje bezig, waarbij hij kinderen opgooide en ze met een salto op een groot kussen liet neerkomen. Bij het opgooien werd hij flink gehinderd, doordat veel kinderen al aan zijn hals hingen en smeekten te worden opgegooid terwijl hij nog met een ander kind bezig was. Hij vervolgde, enigszins buiten adem:
‘Maar de meeste spelletjes worden door vrijwilligers gedaan al naar gelang de spelletjes die ze zelf kennen of verzinnen. Dus het valt voor mij wel mee.’
‘Had je Jorge aan de lijn?’ vroeg zijn vriendin.
‘Ja, Jorge heeft met mij gebeld. Met jou ook dus.’
‘Ja. En? Wil je erheen?’
‘Tja, het lijkt een soort uitje van onze family te worden, hè, Tara? En dat hebben we niet vaak, verspreid over de wereld als we meestal zijn. En ook om Anthony en Francesca met iets te helpen. Anthony vooral, schijnt het. Ik weet niet precies waarom het gaat. Maar ik heb meteen ja gezegd.’
‘Ik heb ook ja gezegd! We worden straks opgehaald, zei Jorge. Het is helemaal in Sevilla!’
‘Daar ben ik met jou in ieder geval nog nooit geweest.’ zei Vengas, ‘Dus dat wordt dan hoog tijd. Weet je, Tara, we komen er nog wel achter waar het precies over gaat. Ik zou, wat mij betreft, nu al van het toernooi weg kunnen gaan. Het duurt dan een poosje voor dat begint op te vallen, denk ik. Want, zoals gezegd, heb ik nu even geen directe praktische taken. Maar jij hebt die toch wel?’
‘Ja, klopt, ik kan hier echt nog niet weg.’ zei ze, ‘Weet je, Veng, je zou ook alleen kunnen gaan.’
‘Geen sprake van! Ik ga met jou. Ik blijf hier gewoon nog van het kindergedoe genieten hier en laat me ophalen wanneer jij klaar bent. Ik wil trouwens ook wel eens meedoen met jouw workshop.’
‘Ander keertje, middeleeuwse ridder van me. Ik hou van je. Bel jij Jorge dan nog even?’
‘Ik bel hem. En ik hou van jou. Tot straks! We gaan naar Sevilla. Ga jij nu maar lekker veel herrie maken daarboven.’
‘Ssstt, het is hier juist heel stil! Ik ga nu beginnen, liefje. Dáág!’
Copyright © 2020 Nina van Immerzeel
Volgende hoofdstukken:
Winterochtend in São Paulo



